van gendt hallen maken contact met de stad
De herontwikkeling van de Amsterdamse Van Gendt Hallen op Oostenburg bereikt een belangrijke mijlpaal; de insteekhaven en bok zijn een feit! Het monumentale complex van vijf aaneengesloten hallen ondergaat een ingrijpende transformatie en krijgt een tweede leven met ruimte voor onder meer start-ups, retail, woningen, horeca én het eerste eigen museum van Studio DRIFT. Met de realisatie van de binnenhaven en bok zijn de hallen – en het museum – straks bereikbaar via de stad én het water.
Trouw aan het DNA
Ruim honderd jaar lang stonden de Van Gendt Hallen ten dienste aan spectaculaire ontwikkelingen en innovaties in de machine-industrie. Techniek en innovatie zijn volledig verweven met het DNA van deze plek. Het complex symboliseert als één van de weinige overblijfselen uit die tijd de pioniersgeest en internationale ambitie die zo tekenend zijn geweest voor de stad. Nu, gelegen te midden van alle stedelijke ontwikkelingen op Oostenburg, heeft het een grote potentie voor een verbindende rol in de buurt. In lijn met hun DNA transformeren de hallen tot een veelzijdig complex dat weer open en actief verbonden is met zijn omgeving. Hier wordt gewerkt door uiteenlopende duurzame startups, haal je een lekkere koffie of breng je een bezoek aan ’s werelds eerste DRIFT museum. De kade wordt integraal verbonden met de hallen, en opnieuw onderdeel van het stedelijk weefsel als een levendige uitbreiding van het gebouw en logistieke verbinder in de stad. De nieuwe bok & dok zijn een krachtige schakel die het gebouw nog beter met de omgeving verbindt.
Terugkeer van de bok
Een publieke dwarsstraat ter plaatse van de oude treinrails is de verbindende ruggengraat van de hallen en mondt uit in een radicale ingreep: de aanleg van een binnenhaven en een nieuwe stalen bok. Geïnspireerd op de historische kranen die ooit de kade sierden, geeft de bok het complex opnieuw een krachtig aanzicht vanaf het water. Voor de binnenhaven is letterlijk ruimte in het monument gemaakt — het gebouw is opengeknipt om het water naar binnen te halen. Stadsvervoer over water, een speerpunt van de gemeente, krijgt hier een directe toegang tot het hart van het gebouw, bijna tot aan de entree van het DRIFT museum. De binnenhaven is ontworpen als een vanzelfsprekend onderdeel van de hallen én het stedelijke netwerk: de kade blijft toegankelijk, zelfs als de hallen gesloten zijn, en loopt ononderbroken door onder de bok. Zo blijft de kade rondom de hallen te allen tijde publiek toegankelijk. Van gesloten industrieel complex transformeert het naar open publieke plek: deze nieuwe ontmoeting tussen gebouw en stad markeert een sprankelend en passend nieuw hoofdstuk in het leven van de Van Gendt Hallen.
Tijdens de rondleiding door Robbert kon het team met eigen ogen de ontwikkelingen zien. De nieuwe verdiepingslagen accentueren de schaal van het gebouw en maken wat eerder onbereikbaar was, is nu haast aanraakbaar; de gigantische kraanbanen, hijshaken en de spectaculaire dakconstructie!